be here - tentoonstelling
In zijn informele werk gaat herman de vries, botanicus en assistent wetenschappelijk onderzoek, op zoek naar zijn kunstenaarschap. In notitieboekje 0 (1956-1957) denkt hij hardop na over hoe hij op basis van zijn kunstenaarschap vorm kan geven aan zijn individuele bestaan en kan bijdragen aan de samenleving. Hij gaat in discussie met het strenge werk van Mondriaan, met het utopische project Nieuw Babylon van Constant, met het existentialisme van Albert Camus en met concepten die in Zen en in klassieke Japanse kunst een rol spelen.
Met witte schilderijen en sculpturen en met witte, lege boeken maakt de vries zijn standpunt nul=0 tastbaar. In deze positie - aan gene zijde van taal, beeld en object - zijn voor hem een oneindig aantal mogelijkheden present (zoals in de natuur). De paradox van het zwijgend zeggen, het tonen van louter een mogelijkheid, het getal dat geen hoeveelheid aanduidt en het woord dat semantisch leeg is, worden in het hele oeuvre telkens hernomen. de vries blijft deze positie, die hij als zero benoemt, ook trouw als hij rond 1975 vanuit de kunst de natuur binnenstapt.
In zijn toevalsobjectiveringen gebruikt de vries op autonome wijze de statistische methoden die hij uit zijn biologisch onderzoekspraktijk goed kent. Hij hanteert het in heel uiteenlopende media: tekeningen, reliëfs, sculpturen, teksten, fotoprojecten, grafiekreeksen, kunstenaarsboeken. De toevalsobjectiveringen zijn op het eerste gezicht autonome, concrete kunst; toch verwijzen zij naar de essentie van de natuur. Met deze niet-persoonlijke creaties wil de vries communiceren wat voor hem de essentie van de natuur is: een vrijheid die open is, die geen begin, geen einde en geen richting kent. Wittgensteins these dat alles ook anders had kunnen zijn, wijst voor de vries naar de verwondering over dat het is, en hoe het is. Mede daarom is het wereldbeeld dat de mens het beste past, een open en niet een gesloten manier van ervaren en denken.
In zijn tekstwerken ontwikkelt herman de vries vier manieren om het netwerk dat de taal over de werkelijkheid werpt, op een performatieve manier te ontrafelen:
> teksten worden onderworpen aan het principe van de toevalsobjectivering; hun elementen worden in de ruimte verstrooid;
> één woord zoals all of een paar woorden als different / identic of chance / change, worden zo vaak opgeschreven dat er een veld (lees: ecologie) van individuele, onderling verbonden realisaties ontstaat; dit veld kan gelezen én bekeken worden;
> een tekst van een auteur die hem boeit, wordt door de vries cursorisch gelezen en de fragmenten waaraan zijn oog blijft hangen worden achter elkaar opgeschreven. Daardoor ontstaat een nieuwe tekst die onverwachte verbanden en alternatieve betekenissen toont;
> namen van gelijksoortige landschapselementen worden achter elkaar opgeschreven zodat een veld ontstaat dat gezien, gelezen en geïnterpreteerd kan worden. Namen van bloemen vormen een bloeiende weide, namen van rivieren vormen een zee, de veldnamen binnen een landschap vormen een panoramische tekst die verwijst naar de geschiedenis van het landschap, aangezien de veldnamen veelal sporen dragen van menselijk gebruik en functies van landschapselementen.
Volgend op zijn toevalsobjectiveringen ontwikkelt de vries het concept chance & change / change & chance. Niet langer staan structuren centraal, maar de natuurprocessen waarin kansen en veranderingen elkaar realiseren, transformeren en vernietigen. Het werk van de vries wordt procesmatiger en performatiever: fotoseries die elke zoveel seconden een veranderend fenomeen tonen, natuur die in haar vergankelijkheid wordt getoond. Reizen, samen met susanne, is voor herman de vries altijd het ultieme proces van kans & verandering geweest.
In the real works verschijnen elementen uit de natuurlijke en uit de menselijke werkelijkheid als documenten-van-zichzelf. De stroom van de werkelijkheid wordt zo direct en concreet mogelijk ervaren en gepresenteerd. In feite wordt het publiek uitgenodigd het kunstwerk achter zich te laten en naar buiten te gaan, een wandeling te maken, zich onder te dompelen in de geuren, kleuren en geluiden van een landschap, een markt, een stad. Een uitnodiging de ogen te openen alsof het de eerste keer is.
Onder natural relations verstaat herman de vries alle relaties die ons lichaam met de natuur onderhoudt om te leven, te ademen, te genieten, vreugde, genot en vrijheid te ervaren. Daar horen ook de stoffen bij die de natuur beschikbaar heeft om ons bewustzijn te voeden en te verruimen. Met name kennis omtrent het plantenrijk is belangrijk voor onze gezondheid en, in de vorm van geestbewegende planten, voor onze geest. Op zijn reizen heeft de vries vanuit verschillende culturen grote hoeveelheden gegevens en materialen verzameld omtrent deze natuurlijke verbanden.
Een centrale tekst in het oeuvre van herman de vries is ‘physik und metaphysik sind eins’ (fysica en metafysica zijn hetzelfde). Naast de herinnering aan Spinoza’s ‘deus sive natura’ (natuur en god zijn hetzelfde), spelen in dit statement ook concepten uit andere dan de westerse culturen een rol. Op zijn reizen leerde herman de vries dat onderdelen van de leefwereld heilig of taboe kunnen zijn, bijv. het bos rondom een tempel, of een bepaalde berg in het oerwoud. Het zijn gebieden die niet door mensen betreden mogen worden, waar niet geoogst mag worden. In de praktijk worden dergelijke gebieden tot toevluchtsoorden voor flora en fauna en voeden zij met hun soortenrijkdom hun omgeving. Door dit concept van het sanctuarium in zijn werk op te nemen, brengt herman de vries perspectieven die in de westerse kenniscultuur naast elkaar bestaan (fysica, biologie, sociologie, antropologie, filosofie, religie) bij elkaar en maakt ze concreet. De sanctuaria die hij op verschillende plekken realiseerde, lopen vooruit op ontwikkelingen in ecologie en kunst die nu hoogst actueel zijn.
the earth museum is de titel van een verzameling aardes van over de hele wereld. Elk op papier uitgewreven aardmonster is een fysiek statement over een plek op aarde. Ook hier speelt het thema van de eindeloosheid van de natuur; alle kleuren van de aarde compleet verzamelen zou betekenen de hele aarde verzamelen. Een paradox als deze gaat buiten elke logica om en kan dus nooit als basis voor een wetenschappelijk discours dienen. Dit betekent niet dat je niet zou kunnen ingaan op de kleur die elke locatie op aarde uniek maakt. Integendeel: elke hand aarde van een akker, wegberm, berghelling, bosgrond, weide, rivieroever, veengebied, tuin, woestijn, vulkaanhelling, enzovoort heeft zijn eigen unieke samenstelling. Het uitwrijven van aarde voegt weliswaar een handeling toe aan het materiaal, het maakt echter ook de unieke kwaliteiten ervan zichtbaar én het vormt een commentaar op het purisme van de modernistische monochrome schilderkunst.
tekst: Cees de Boer
curator: Henk Woudsma
inrichting: Marinus Augustijn en Henk Woudsma
Rondleiding van Cees de Boer op 25 juni 2021